Formules om bedrijfseconomische gegevens te analyseren











De nieuwe lokatie is http://come.to/formules
Internationale economie en Economische geografie: vervolgdoctoraal 1997-19 Studiegidsen Internationale economie en Economische geografie: vervolgdoctoraal algemeen, programma, eerste doctoraaljaar, tweede doctoraaljaar, derde doctoraaljaar Algemene informatie DE OPLEIDINGEN ECONOMIE Er zijn aan de Universiteit vier opleidingen Economie bij vier faculteiten te weten Leen, Rleerdheid, Ruimttenschappen en Soale Wetenschappen. Deze oplngen werken met elkaar samen. Ze heen ook een gemeensappelijk profiel, namelijk het versterken en verdiepen van het snijvlak tussen de binnen de faculteiten aanwige discilines en Economie. Door het cobineren van aanwezige disciplines met Economie wordt een specifiek 'Utrechts profiel' beoogd. Het betreft de volgende opldingen: Recht en Economie in Bedrijf en Maatschappij (Rechtsgeleerdheid), Sociale enutionele Economie (Socie Wetenschappen), Economisch-Historische Studies (Letteren), en International Economie en Economische Geografie (Ruimtejke Wetenschappen). Een organisatiesuctuur is in het leven geroepen waarbij de stuuroep en het Opleidingsbesuur belt zijn met de algehele coördinatie, profilering, interfacultaire samenwerking en het garanderen van het multidisciplaire karakter van de opleidingen. De taakuitvoering van stuurgroep en het werk van de studiecoördinatren, die binnen elk van de opleidingen zijn belast met de organisatorische aspeen van het onderwijsprogramma, wordt ondersteund door een opleidinbestuur Economie. DE OPLEIDINNTERNATIONALE ECONOMIE EN ECONOMISCHE GEOGRAFIE Sindsstaat de oplng Internationale Economie en Economische Geografie waarin de globalisering van de economie en de internationalisering van het bedrijfsleven de centrale thema's zijn. Zowel het bedrijfsleven als de arbeidsmarkt zijn onderhevig aan een proces van steeds verdergaande internationalisering. De eenwording van de Europese markt en de ontwikkelingen in Oost-Europa versterken dit proces. Ook raakt de economische ontwikkeling van Nederland in toenemende mate verstrengeld met ontwikkelingen in bijvoorbeeld Noord-Amerika en het Verre Oosten. De behoefte aan onderzoek naar de strategie en het functioneren van multinationale ondernemingen en naar de gevolgen hiervan voor landen, regio's en steden neemt hierdoor sterk toe. Ondernemingen, banken, werkgevers- en werknemersorganisaties, adviesbureaus, overheden, Europese instellingen, Kamers van Koophandel en dergelijke vragen deskundigen die hen kunnen adviseren over hun strategisch beleid op dit terrein. Er is behoefte aan academici die beschikken over expertise op zowel (internationaal) economisch als op rmtelijk (economisch geografisch) vlak. De opleiding Internationale Economie en Economische Geografie biedt geografiestudenten de gelegenheid om, vanuit een geogch perspectief, zich verder te bekwamen in internationale economische onderwerpen waarbij carrigrave;reperspeceven zowel in het bedrijfsleven als bij de overeid/univsiteit mogelijk worden. Het studieprograma bouwt voort op de geografhe basiennis die is aangebracht in de propedeuse sociale geografilanologie. De inhoud richt zich op het snijvlak van de disciplines internionale economie en economische geografie. Bij de invulling van het curriculum zijn richtingvend die ontwiklingen in de wereld, van belang voor bedrijfsleven en/of overheid, die leden of kunen leiden tot wijziging van goederen- en dienstenstromen. Ze kunnen betrekking hebben op het ontstaan van geheel nieuwe stromen, maar ook op toe- dan wel afname of verlegging van bestaande stromen en zijn daarmee een indicatie van de economische bedrijvigheid van landen en regio's. De ontwikkelingen kunnen van politieke, technologische, logistieke, organisatorische of milieutechnische aard zijn. Voor alle duidelijkheid dient gesteld te worden dat de opleiding Internationale Economie en Economische Geografie geen economische opleiding is, maar een opleiding binnen de ruimtelijke wetenschappen met twee duidelijke componenten; een economische en een geografische. De opleiding kan worden gekarakteriseerd aan de hand van de drie volgende aspecten: werkend op het grensvlak van economie en geografie; een internationale otie, en een sterk empirsche invalshoek. Gezien de internationale ori;ntatie van de opleiding wordt het wenselijk geacht als studenten zich een tweede vreemde taal eigen maken. Het kunnen lezen, schrijven en spreken van een tweede vreemde taal, naast het Engels, levert een waardevolle bijdrage aan studie en beroep. De eindtermen zijn als volgt geformuleerd: Degenen die de studierichting Internationale Economie en Economische Geografie hebben voltooid beschikken over kennis en vaardigheden op het vlak van zowel de Economische Geografie annex Ruitelijke Economie als Internationale Economie, die hen in staat stelt ruimtelijk-economisch onderzoek op deze terreinen uit te voeren t.b.v. overheid, bedrijfsleven of maatschappelijke organisaties, dan wel in overheid, bedrijfsleven en andere maatschappelijke organisaties een waardevolle bijdrage op academisch niveau te leveren. Deze omschrijving impliceert een grondige kennis van de wederzijdse relaties tussen de geografie en de economie. Om een grondig inzicht in die wederzijdse relaties, dan wel het grensvlak tussen beide disciplines, te ontwikkelen is uiteraard kennis van beide disciplines vereist. Uiteindelijk gaat het om die relaties of grensvlakken. Deze, nogal abstracte, beschrijving van de opleiding kan concreter zichtbaar gemaakt worden d.m.v. de volgende invulling van de studie: 1. Propedeuse sociale gefie/pllogie; met daarin de basiskennis van de gerafie. 2. Basisdoctoraal Imp;EG (D1); met daarin de basiskennis van de economie 3. Vervolgdoctoraal (D2 en D3); met daarin de verdieping en integratie. Dit laatste aan de hand van: a. het voeren van intake-gesprekken b. het instellen van een introductieblok c. het introduceren van studietrajecten ad 3a) Aan het begin van het D2-jaar vinden, vergelijkbaar met de situatie bij sociale geografie, intake-gesprekken plaats. Daarin proberen studenten in samenspraak met een docent een zo goed mogelijke planning voor de laatste twee jaar te maken. Mogelijke misverstanden of onduidelijkheden kunnen in dit gesprek weggenomen worden. Verder dient het als oriëntatiegesprek op de inhoud van de studie (afweging ten aanzien van de twee mogelijke trajecten). Verder dienen in dit gesprek de keuze van de bijvakken en de wensen ten aanzien van het afstudeerproject en eventueel stage aan de orde te komen. ad 3b) Anders dan bij socialefie kent IE&EG geen moment waarop men echt met de speciasatie begint. Feitelijk loopt het programma na de propedeuse en het ar gewoon door. In het eerste blok van het -jaar wordt een introductiemodule opgezet waarmee de feitelijke integratie tussen de geografie en de economie start. Dit blok, alleen voor studenten IE&EG, heeft tot doel de studenten een goed beeld te geven van de thematische keuzemogelijkheden die zij hebben gedurende de laatste twee jaren en wat er van hen verwacht zal worden gedurende die eindfase. Het blok geeft een overzicht van de internationale economie aan de hand van colleges over thema's die betrekking hebben op de bedrijfs- en ruimtelijke benadering. Ook komen in galeges verschillende personen uit het bedrijfsleven en beleidsinstanties aan het woord en wordt een bedrijfs/instellingsbezoek afgelegd. Mogelijk wordt er een seminar aan gekoppeld gericht op de trajecten. Vanaf dit studiejaar zal het blok zeven studiepunten omvatten en als introductieblok internationale economie onder de naam 'Bedrijf en Omgeving' opgenomen worden in het programma. ad 3c) Gedurende de laatste twee jaren kan de student een keuze maken uit een landen en regio's (ruimtelijke- of mesobenadering). In traject 15de onderneming en ruimte staat het gedrag van ondernemingen centraal. Dit kan expliciet ruimtelijk gedrag zijn of meer economisch gedrag met ruimtelijke implicaties. Dit traject bouwt onder meer voort op vakken zoals micro-economie, bedrijfseconomie, financiering van de onderneming en de (economisch) geografische vakken uit de propedeuse. In traject158; de economische positie van landen en regio's staat de ruimtelijke ingang centraal. Dit traject sluit sterker aan bij vakken als macro-economie, internationale economische betrekkingen en internationale economische integratie en handelsvraagstukken. Uiteraard zijn er tussen de trajecten raakvlakken. Keuze voor een traject kan tot uiting komen in individuele (paper)opdrachten binnen een verplicht vak, in de keuze van de bijvakken en de richting van het afstudeeronderzoek. Het betreft geen exclusieve oriëntatie op een van beide trajecten. In het programma zitten daarom dan ook onderdelen waarin beide benaderingen aan bod komen. Dit geldt heel expliciet voor het nieuwe introductieblok, maar ook voor de regionale modules en de internationale excursie. Conform het is er een inbreng van andere faculteiten van de Universiteit Utrecht in het curriculum van de opleiding. Op dit moment worden delen van het onderwijsprogramma verzorgd door de faculteiten Rechtsgeleerdheid en Sociale Wetenschappen. Per is binnen de fateit een onderwijrkgroep ingesteld waarin docenten uit de verschillende vakgroepen zitting hebben die participeren in het onderwijsprogramma van IE&EG. In deze werkgroep is ook een studentenviging aanwezig. De werkgroep Internationale Economie en Economische Geografie is onder leiding van het Dagelijks Bestuur verantwoordelijk voor de uitvoering en verdere ontwikkeling van het onderramma. Het functioneren van de werkgroep is vergelijkbaar met een vakgroep. Dit betekent onder meer dat aan het begin van het studiejaar door de studentoordigers gekozen moeten worden in de werkgroep. STUDIECOÖRDINATOREN De coördinator van de opleiding is: De co&ounator regelt de onijs-technische en organiische aspecten van het onderwijogramma (overleg met andere faculteiten, coördinatie in de uitvoering, inschrijving, roostrs, zaalreserng, voochting e.d.). Ook draagt de co&oumdinator zorg voor de begeleiding van het studieraject van de laatste twee jaar. Dit betreft alle zaken rond bijvakken en eindnderzoeken/staes. Daarnaast is er voor een aantal specifieke onderwijs-onderdelen (EZ) een aparte coöator, die bij de betreffende vakomschrijving wordt genoemd. Verder wordt een aantal co&onerende taken uitgevoerd door: Dit betreft het functiren van de onderwijswerkgroep en de inhoudelijke kant van het onderwisprogramma (samenwerking met andere faculteiten, inhoudelijke afsteming, studeeid en evaluaties). Bij onbereikbaarheid van de studiecoördinator kunnen de studenten met vragen aangaande het programma ook bij hem terecht. Voor meer algemene individuele studievragen en -problemen moet men zich wenden tot de facultaire TOELATING TOT DE OPLEIDING De opleiding Internationale Economie en Economische Geografie is een zgn. bovenbouw studie. Tot de opleiding worden studenten toegelaten die voldoen aan de in het examenreglement van de opleiding genoemde eisen wat betreft de propedeuse. Hierbij wordt rekening gehouden met de herkansingen die eind augustus plaatsvinden. Van de studenten die in september ' met het programmajaar 45(willen) beginnen wordt geëist dat na de augustus herkansingen 85studiepunten van de propedeuse sociale geografie/planologie zijn behaald. Medio oktober ' zal er een controle plaatsvinden door de studiecoördinator. Degenen die bij de controle niet aan deze eis blijken te voldoen zullen (tijdelijk) worden uitgesloten van verdere deelname aan 1548. Instromen per 1 januari '20222 is dan alsnog mogelijk voor studenten die inmiddels de benodigde studiepunten hebben behaald. Instromen in de opleiding vanuit, of na afloop van, het basisdoctoraal is in principe mogelijk, afhankelijk van resterende studietijd. De mogelijkheid van instromen van basisdoctoraal studenten in 458 gedurende het studiejaar is afhankelijk van tijdstip van aanmelding. Ook hier geldt het behaald hebben van de benodigde studiepunten van de propedeuse als toelatingseis. Indien in het basisdoctoraal al studie-onderdelen zijn behaald die ook in het curriculum van de opleiding zijn opgenomen kan voor de betreffende studie-onderdelen vrijstelling worden gevraagd. Vrijstelling kan echter pas dan worden verleend indien de student daartoe een schriftelijk verzoek indient bij de Examencommissie Internationale Economie en Economische Geografie. Er bestaan insluisregelingen voor studenten met een propedeusediploma Economie, een HEAO- of een ander adequaat diploma. Verzoeken tot toelating tot de opleiding worden op individuele basis beoordeeld door de Examencommissie. INSCHRIJVING Studenten die de opleiding willen gaan volgen dienen zich daarvoor in te schrijven. Met behulp van het inschrijfformulier dat in tijdens een voorlichtingsbijeenkomst aan belangstellenden zal worden uitgereikt dient men zich in te schrijven. Ook de studenten die niet innnen beginnen, maar wel in januari '99 willen/verwachten te kunnen instromen moeten zich inschrijven. Het inschrijffort uiterlijk worden ingeleverd bij de studiecoördinator. Voor degenen die niet in staat zijn de voorbijeenkomst bij te wonen, is het inschrijfformulier na de vlichtingsbijeenkomst eind mei verkrijgbaar bij de studiecoördinator. Degenen ten af te zien van het volgen van de opleiding dieiftelijk of mondelif te melden. Instromers. De en per 1 januari '99 willen instromen in de opleiding moeten zich uiterlijk 1 november ' definitief inschrijven bij de studiecoördinator (i.v.m. tlteiten). Belangrijk!. Studenten die zich definitief hebben ingeschreven voor de opleiding Internationale Economie en Economische Geografie dienen zich, zodra het propedeusediploma is behaald en men daadwerkelijk gaat deelnemen, tevens als student Internationale Economie te registreren bij de Centrale Studenten Administratie van de Universiteit. COMMISSIES Interfacultaire Stuurgroep Economie Opleidingsbestuur Economie Utrecht